Wegen bedekt met bladeren bieden minder grip dan een schoon wegdek. Natte bladeren nog minder grip dan droge bladeren. Soms lijken bladeren droog te zijn, maar zijn ze aan de onderkant nat. Ga er dus vanuit dat bladeren altijd nat zijn. Zet je motor rechter op als dat mogelijk is en rem of accelereer zo min mogelijk.
In de herfst zal alles wat in de schaduw ligt (door bomen of zelfs bladeren) kouder en waarschijnlijk natter zijn dan de rest van het wegdek, zelfs als die in de zon ligt. Kijk uit bij het naderen van schaduwrijke bomen of een hoop bladeren in de schaduw van een boom. Zelfs de vorming van ijs kan zich hier plaatselijk voordoen.
Ook de oogst moet in deze tijd van het land naar het erf vervoerd worden, meestal over de provinciale wegen en de binnenwegen. In de natte tijd levert dat vaak gladde wegen op door de modder. De enige remedie hiervoor is je snelheid aanpassen.
Laagstaande zon is hinderlijk. Met de zon in je rug word je slecht waargenomen door andere weggebruikers. Rijd je tegen de zon in, dan zie je zelf minder wat er voor je gebeurt en word je door achteropkomend verkeer slecht waargenomen. Vergroot je volgafstand en houd goed in de gaten wat er achter je gebeurt. Je zou eventueel een Super-Visor op je helm kunnen monteren. De Super-Visor kun je op bijna elke soort helm bevestigen en blokkeert de zon. Het zit boven aan je originele vizier.
Vizier: een helm met krasvrij vizier behoort tot je veiligheidsuitrusting. In de herfst kan een getint vizier een nadelige invloed hebben op je zicht. Een bekrast of smerig vizier zal je zicht dramatisch beperken bij reflecterend licht. Kapotte vizieren moet je juist nu vervangen. Een druppeltje afwasmiddel uitwrijven aan de binnenkant van je vizier voorkomt het beslaan ervan.
Lees de weg: de herfst is een seizoen waarin zich veel motorongelukken voordoen. Hoe meer de weg glimt en hoe donkerder de weg, hoe groter de kans op een slippartij. Bij waarschuwingsborden voor dieren en een glad wegdek is extra attentie vereist. Natte bladeren en modder zorgen voor onvoldoende grip in bochten. In de vroege morgen en avond dien je rekening te houden met ijsvorming. Dat geldt vooral voor beboste gebieden, bruggen en schaduwrijke weggedeelten.
Onderschat niet het gevaar van aquaplaning. Het doet zich niet zo snel voor, maar toch kun je er ook als motorrijder mee te maken krijgen. Houd je motor rustig, vermijd remmen en accelereren en rijd je motor recht vooruit tot je weer vaste grond onder je banden hebt.
In de herfst is het gevaar van overstekende dieren groter. Rijd niet te hard in de schemer en houd de zijkanten van de weg goed in de gaten. In elke situatie is de stelregel: rijd defensief en met vooruitziende blik.
Soort banden: sportbanden met een minimaal profiel zijn minder geschikt om op te rijden met de huidige weersomstandigheden. Kies in de herfst-/winterperiode voor banden met meer profiel. Aan te raden is in de zomer en winter met verschillende soorten banden te rijden, net zoals automobilisten die in de winter met winterbanden rijden. Laat je banden op tijd nakijken bij de dealer en indien nodig vervangen als de profieldiepte onder de maat is. Zorg voor een goede bandenspanning omdat dit in hoge mate het gedrag van je motor en dan vooral het bochtengedrag beïnvloedt!
Goede grip: een juiste bandentemperatuur is een belangrijke factor voor optimale grip. Motorrijders vergeten echter snel dat hun banden niet op tijd de juiste temperatuur bereiken en ook afkoelen in natte weersomstandigheden. Daardoor heb je slechte grip. Zorg ervoor dat je alle handelingen voor de bocht afgewerkt hebt en laat voor de bocht het gas los om niet te vallen.
Concentratie en reactievermogen worden tenietgedaan door onjuiste, te koude kleding. Het verschil tussen dag- en nachttemperatuur kan in de herfst erg groot zijn. Draag daarom meerdere lagen kleding; in plaats van katoen isolerende kleding uit diverse materialen. Een bivakmuts onder je helm en zijden onderhandschoenen beschermen je tegen de koude wind. Word je ondanks deze maatregelen toch koud, neem dan een kleine rustpauze en beweeg om weer wat op te warmen. Door je armen gekruist voor je lichaam langs te slaan, rechterarm naar links en linkerarm naar rechts waarbij je met je handen je schouders aanraakt, worden je handen weer lekker warm.
Rijd niet als je gehaast bent of als je ergens over piekert. Richt je ogen op de weg voor je, kijk ver vooruit. Te veel zelfvertrouwen brengt je veiligheid in gevaar.
|